Hoe is een boxspring gebouwd?
Een boxspring bestaat, behalve uit de poten en het hoofdeinde, uit drie delen: de matrasbodem, de topmatras en de topper.
De matrasbodem, ook wel boxspring genoemd, bestaat uit een frame met een hoogte van 20 tot 30 cm. Hij staat op korte en stevig verbonden poten. In vergelijking met een conventioneel bed vervangt deze constructie de klassieke lattenbodem. Metalen veren zijn ingebed in het frame van de boxspring, zodat ze een matrasachtige ondervering als basis voor het bed vormen. Daarom wordt dit deel ook wel de ondermatras genoemd.
Info: De poten van het boxspring lijken zinloos door de stevige boven structuur? Helemaal niet! Omdat deze een optimale luchtcirculatie voor de ventilatie van het gestoffeerde bed mogelijk maken. Of de poten rond, hoekig, van hout of metaal zijn, is aan de slaper.
De topmatras ligt op de verende ondermatras. Samen vormen ze de ligvlakte van jouw boxspring. Om ten volle van de voordelen van de dubbele vering te kunnen genieten, wordt het gebruik van een verenkernmatras aanbevolen. Gebruik je daarentegen een matras van koudschuim of andere soorten matrassen, dan verlies je het verende liggevoel dat het boxspring uitmaakt.
Het laatste element is de topper van de boxspring. Dit wordt vooral gebruikt in Scandinavische boxsprings, terwijl de Amerikaanse boxsprings een hogere topmatras hebben in plaats van de topper. De topper is met zijn acht tot tien centimeter vrij smal en wordt op de topmatras gelegd. Daar beschermt hij tegen zweet en vuil en zorgt hij voor extra ligcomfort. De topper is meestal gemaakt van koudschuim, traagschuim of natuurlijke materialen zoals ganzenveren en paardenhaar. Bovendien is de topper vaak voorzien van een afneembare en wasbare hoes. Dit maakt het regelmatige reinigen makkelijker, zodat een boxspring met topper zeer geschikt is voor mensen met een allergie.